naar de inhoud
Bloemen met Enkhuizen op de achtergrond
alle berichten

Je kijkt je ogen uit in Enkhuizen

Buitenhaven ENkhuizen

Een stenen drommedaris aan de haven

Mijn wandeling begint bij een van de havens van Enkhuizen. Inderdaad, Enkhuizen heeft er meer: aan het begin van de Gouden Eeuw werd de ene na de andere gegraven. Maar over die Gouden Eeuw later meer. Langs de Buitenhaven leidt een mooi paadje onder de bomen me langs de recreatieboten en de voormalige visafslag naar het icoon van Enkhuizen: de Drommedaris. Wie een dier verwacht, zal verbaasd zijn, want de Drommedaris is een stenen poort. Oorspronkelijk gebouwd als vestingwerk kreeg de poort pas aan het einde van de Tachtigjarige Oorlog zijn kenmerkende vorm. En ja, met een beetje fantasie lijkt het inderdaad op het dier met de bult.

Drom met bankje Westfriese omringdijk

Een bankje met uitzicht

Voordat de Buitenhaven gegraven werd, bevond de poort zich op de Westfriese Omringdijk. Vroeger beschermde deze dijk de bewoners tegen het zoute water. Een bankje met de naam van de dijk en een grappig gedichtje erin geponst, herinnert daaraan. Daar ga ik even zitten. Elegante zeilboten, maar ook forse jachten varen behendig door de smalle haven het IJsselmeer op. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat hier een paar eeuwen geleden de enorme vloot van Enkhuizen de wilde Zuiderzee op- en afvoer. Het moet hier een drukte van jewelste geweest zijn.

Stille getuigen van de Gouden Eeuw

Als ik over de witte ophaalbrug achter de Drommedaris verder Enkhuizen in wandel, zie ik de welvaart uit de tijd dat Enkhuizen een bedrijvige havenstad was. Op de Dijk staat het voormalige woonhuis van de patriciërsfamilie Snouck van Loosen. Het rijk versierde pand – overigens in drie fasen en dus in verschillende stijlen gebouwd – toont: deze familie had veel geld. Dit hadden ze verdiend met de VOC- en WIC-handel. Aan het begin van de Gouden Eeuw was Enkhuizen de thuisbasis van vele zeelieden, ontdekkingsreizigers, kooplieden, scheepsbouwers en wetenschappers. Kooplieden verdienden goed geld met de handel en lieten mooie panden neerzetten. Toen in de tweede helft van de Gouden Eeuw velen van hen naar Amsterdam verhuisden, waren de hoogtijdagen van Enkhuizen voorbij, maar de stille getuigen van deze tijd zijn gelukkig goed bewaard gebleven.

lantaarn paal met huizen op achtergrond

Gevelstenen vertellen het verhaal van Enkhuizen

Ik vervolg mijn weg langs het Spuihuisje op het Zuiderspui. Het is een voormalig sluiswachtershuisje. Vanaf hier kon vroeger de Zuiderzeehaven worden afgesloten en het grachtenstelsel worden doorgespoeld. Nu bevindt zich hier het Flessenscheepjesmuseum met een indrukwekkende collectie kleine bootjes in, jawel, flessen. Het is de moeite waard ook even omhoog naar de gevel te kijken: daar zie je de wapens van Hoorn, Oranje, West-Friesland, Enkhuizen en Medemblik – de plekken van de Gouden Eeuw. Een paar meter verderop zie ik op de Bocht een gevelsteen met een haringboot. En hoe meer ik erop ga letten, hoe meer gevelstenen ik zie. De een nog mooier dan de ander en allemaal met een link naar de geschiedenis van de stad.

Ophaalbrug

Van de pakhuizen naar de stadsgevangenis

Via de Wierdijk wandel ik naar de Compagnieshaven en kom langs trapgevelhuizen. De prachtige gebouwen waren vroeger pakhuizen van de VOC. Valt je ook op dat de verdiepingen zo laag zijn? Dat moest voorkomen dat de voorraden van bijvoorbeeld porselein, koffie en thee te hoog werden opgestapeld, zodat ze de vloeren niet zouden overbelasten. Ook het iets verderop gelegen Peperhuis was zo’n pakhuis, nu onderdeel van het Zuiderzeemuseum. Een bezoek aan het museum bewaar ik voor mijn volgend dagje Enkhuizen want er is nog zoveel te zien in de stad zelf. Bij het Staverse Poortje wandel ik weer richting het centrum. Naast een dubbele rij bomen valt me een wel heel scheef huis op. In mijn stadswandelingboekje lees ik dat de vroegere stadsgevangenis bijna een meter uit het lood staat.

Gevelstaan van walvis aan huis

In de Westerstraat weet je bijna niet waar je moet kijken

Ik wandel langs het stadhuis en het waaggebouw, beide ook weer met schitterende gevels, en sla dan de Westersteeg in om naar de Zuiderkerk te lopen. Niet voor niets is de toren wel 75 meter hoog: de Zuidertoren diende als baken voor de zeevaart. Ik maak een rondje om de kerk en als ik de klok het middaguur hoor slaan, wandel ik richting de Westerstraat: tijd voor koffie en een broodje. In de gezellige winkelstraat vind ik beide. De een bij het Coffy-Huys, gevestigd in een voormalig apothekerspand met kleine ruitjes en een versierde façade. De ander bij het ’t Broodhuys, een trapgevelhuis met een mooi interieur.

In de Westerstraat is sowieso heel veel te zien. Ik loop langs het voormalig weeshuis met de gevelsteen waarop te zien is hoe de kinderen les kregen, de torentjes van de Westertoren en -kerk, de rijk versierde West-Friese munt, waar in 1794 de laatste munt werd geslagen, en het Soephuisje waar voor de armen soep werd gekookt. Ten slotte bereik ik het Marktmeestershuis. Op de classicistische gevel is onder meer een leeuw in de Hollandse Tuin te zien, een verwijzing naar de onafhankelijkheidsstrijd van de Nederlanders tegen de Spanjaarden. Bovenaan zie je de Enkhuizer Stedenmaagd. Aan de overkant van dit schitterende gebouw ontdek ik een klein steegje: Vierbeentjes. Niet alleen de naam van het steegje is interessant, de gevelsteen is een raadseltje. Twee zwarte mollen zagen garen, ofwel ‘zagen gaarn’. De twee blinde diertjes zouden graag zien.

Bloemen met Enkhuizen op de achtergrond

Stad van de bijzondere straatnamen

Vierbeentjes is trouwens niet de enige bijzondere straatnaam in Enkhuizen. Als je dit steegje inloopt, wandel je naar het Waaigat, waar je ook de straat Vette Knol zult zien. Hè, wat? Ja, dat zijn echt straatnamen. De naam Vierbeentjes komt van de vier steegjes die hier vroeger bij elkaar kwamen en die andere twee verwijzen waarschijnlijk naar een gelijknamig water dat daar vroeger was. Overigens vind je in Enkhuizen nog veel meer bijzondere straatnamen, zoals ‘Drie Zalmen’, ‘Augurksteeg’ en ‘Hemeltje’.

Tip: Als je zin hebt om een stukje door het groen te wandelen, kun je in plaats van linksaf het steegje in ook rechtsaf de Oude Gracht op wandelen. Hier moet het vroeger een enorme drukte zijn geweest als de veiling van de tuinders plaatsvond, nu is het hier heerlijk rustig. Als je rechtdoor blijft lopen, kom je uit bij de vestingwal: vroeger een verdedigingswerk, vandaag de dag een mooi, groen stukje Enkhuizen.

Snouck van Loosenpark